Man checking emergency signs in building

Bouwbesluit 2012 wordt Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) 2022

Deel 2: Zomerblogs over brandveiligheid

Deze zomer gaan we in een 4-delige blogserie in op belangrijke aspecten van de brandveiligheid in gebouwen. Expert op dit gebied en tevens auteur van deze blogs is Joric Witlox van onze partner Witlox Brandveiligheid. In dit tweede blog beschrijft Joric de op hand zijnde wijzigingen in de regelgeving omtrent brandveiligheid; Bouwbesluit 2012 wordt vervangen door Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) 2022.

In een brief aan de Tweede Kamer d.d. 20 mei jongstleden, schijft minister Ollongren: “Ons gezamenlijke voorstel is dat de Omgevingswet per 1 januari 2022 inwerking treedt.” Gelijktijdig met de Omgevingswet treedt ook de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking.

Of januari 2022 uiteindelijk ook de werkelijke ingangsdatum van het Besluit bouwwerken leefomgeving 2022 (Bbl) en de Wkb wordt is nog niet zeker, minister Ollongren doet een voorstel aan de Tweede Kamer, maar hoe dan ook staat er een grote wijziging aan te komen. Wat zijn de belangrijkste verschillen en bent u compliant?

Zoals in de inleiding al aangegeven, het Bouwbesluit 2012 zal waarschijnlijk per 1 januari 2022 worden vervangen door Bbl. Deskundigen kennen in ieder geval het belangrijkste artikelnummer uit hun hoofd en kunnen daar naar verwijzen. Dit zal even wennen zijn want de voor brandveiligheid belangrijkste hoofdstukken zullen allemaal veranderen, bovendien is de ordening veranderd.

Was in het BB de hoofdordening gebaseerd op Bouwkundige-, installatietechnische voorzieningen, in het Bbl zal de hoofdordening bestaan uit Bestaande bouw en Nieuwbouw. Anders gezegd: Om te weten wat de eisen zijn voor bouwkundige voorzieningen keek je naar hoofdstuk 2 van het bouwbesluit en vervolgens naar het deel bestaande bouw of nieuwbouw, afhankelijk van de situatie. In het Bbl kijkt u eerst of u de eisen wilt weten van bestaande bouw (hoofdstuk 3) of nieuwbouw (hoofdstuk 4) waarna u het desbetreffende bouwkundige (of installatietechnische) artikel zoekt.

Het voor brandveiligheidsdeskundigen bekende hoofdstuk 7 uit het BB dat min of meer over de organisatie gaat (Voorschriften inzake het gebruik van bouwwerken, open erven en terreinen), zal in het Bbl onderdeel zijn van hoofdstuk 5 (Verbouw en verplaatsing van een bouwwerk en wijziging van een gebruiksvergunning).

Tabel die de veranderde ordening van Bouwbesluit 2012 (Bbl) t.o.v. Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) laat zien (sterk vereenvoudigd en niet compleet)
Figuur hierboven: Veranderde ordening Bbl t.o.v. BB (sterk vereenvoudigd en niet compleet)

Voorbeelden:

  • Artikel uit BB 2.94 (bestaande bouw, weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag), wordt in Bbl artikel 3.40 (weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag: niveau van eisen)
  • Artikel uit BB 2.84 (nieuwbouw, weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag), wordt in Bbl artikel 4.53 (weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag: niveau van eisen)
  • Artikel uit BB 6.20 (brandmeldinstallatie), wordt in Bbl artikel 3.115 (brandmeldinstallatie) voor bestaande bouw en artikel 4.208 (brandmeldinstallatie) voor nieuwbouw
  • Artikel uit BB 6.26 (zelfsluitende deuren), wordt in Bbl artikel 3.123 (zelfsluitende constructieonderdelen) voor bestaande bouw en artikel 4.218 (zelfsluitende constructieonderdelen) voor nieuwbouw.
  • Bijlage I uit BB wordt in Bbl Bijlage II, behorende bij artikelen 3.115 en 4.208

Voorschriften terreinvoorziening en bereikbaarheid voor brandweer vervallen

De voorschriften voor terreinvoorzieningen en de bereikbaarheid van gebouwen voor de brandweer zoals u die nu nog aantreft in het Bouwbesluit 2012 in de artikelen 6.38 (bereikbaarheid bouwwerk voor hulpverleningsdiensten) en 6.39 (opstelplaats voor brandweervoertuigen) zullen niet terugkomen in het Besluit bouwwerken en leefomgeving. Gesteld wordt namelijk dat gemeenten beter in staat zijn deze eisen af te stemmen op de lokale situatie en deze eisen dus beter zelf scherper zet of verruimt. De gemeente moet dit daarom voortaan opnemen in het omgevingsplan.

Bouwbesluit 2012 muteert regelmatig, zelfsluitendheid deuren nu actueel

In de aanloop naar de wijzigingen vinden er af en toe al wijzigingen plaats in het huidige Bouwbesluit dat een dynamische Algemene Maatregel van Bestuur is (AMvB), aangestuurd door de Woningwet.
Enkele van die wijzigingen die u al ziet zijn:

Per 1 januari 2020 omvat het Bouwbesluit een ingrijpende wijziging voor de zelfsluitendheid van brandwerende binnendeuren van woningen met zorg, corridorcomplexen of kamergewijze verhuur.

  1. Zelfsluitendheid van deuren in relatie tot vluchtmogelijkheden
  2. Zelfsluitendheid van deuren in woningen

Zelfsluitendheid en vluchten

Om mensen in gebouwen veilig te laten wonen of gebruik te laten maken van een gebouw zijn er eisen opgenomen in het thans geldende huidige Bouwbesluit (BB) 2012. Het BB is opgebouwd uit nieuwbouwvoorschriften en voorschriften voor bestaande bouw. Tenzij er tijdens de bouw van een gebouw terecht vergunning is verkregen op basis van de toen vigerende wetgeving, dit noemen we dan ‘rechtens verkregen niveau’, moet ieder gebouw in Nederland minimaal voldoen aan de eisen van ‘niveau bestaande bouw’. De eisen betreffen bouwkundige- en installatietechnische voorzieningen. Brandveiligheid is echter meer dan deze voorzieningen, het gaat ook om de menselijke factor bij een brand.

Zelfsluitendheid en woningen

In artikel 6.26, ‘zelfsluitendheid deuren’ kunt u zien dat deuren in brandscheidingen, waarbij u moet weten dat iedere woning op zichzelf een brandcompartiment en dus een brandscheiding is, altijd zelfsluitend moet zijn tenzij… het een (voor)deur is in een niet-gemeenschappelijke of niet-gezamenlijke doorgang. Duidelijk? Voor mij duurde dat even, ik onthoud het nu als volgt. Zelfsluitendheid geldt niet voor woningen (niet gemeenschappelijke doorgang) en woonfuncties voor zorg en kamergewijze verhuur (niet gezamenlijke doorgang), maar wel bij nieuwbouw portiekwoningen…

Toch is dit vaak nog een lastige keuze en ik moet u zeggen dat ik er los van de regels toch ook wel moeite mee heb. Stelt u zich immers een bewoner voor van een zorggebouw. Deze is vaak wat minder mobiel en velen hebben behoefte aan open deuren waardoor ze zich minder eenzaam voelen. Bij brand staan de deuren open en rook zal zich snel verspreiden. Ik vind dat daar eigenlijk toch altijd een deurdranger moet komen. Deurdrangers op toegangsdeuren van woningen zijn echter in het dagelijks gebruik erg lastig. In praktijk worden daarom vaak rookmeldergestuurde vrijloopdeurdrangers toegepast. Dit zijn deurdrangers waarvan u in het dagelijks gebruik niet merkt dat ze er zijn maar die bij rookdetectie functioneren als gewone deurdranger. Deze zijn erg aan te raden maar het Bouwbesluit schrijft dit type echter nergens voor. Open blijvende voordeuren van brandende woningen versnellen brand- en rookontwikkeling, waardoor de vluchttijden en vluchtmogelijkheden sterk afnemen. Sinds 2014 geldt daarom dat nieuwe portiekflats zelfsluitende toegangsdeuren moeten hebben om de rookverspreiding richting de enige vluchtroute te beperken. Corridorflats, waarbij meerdere woningtoegangsdeuren uitkomen op een corridor met vluchtmogelijkheden naar links en rechts (twee zijden), waren nog steeds vrij van deze eis maar per 1 juli 2020 moeten die voortaan ook voorzien worden van deurdrangers.

Binnenkort verschijnt het derde blog in deze reeks zomerblogs over brandveiligheid. Daarin staat de veranderende rol van rookwerendheid centraal.

Meer blogs van gastschrijver Joric Witlox

Lees ook het eerste blog van gastschrijver en brandveiligheidsadviseur Joric Witlox. In dit blog geeft Joric vijf praktische tips om de brandveiligheid binnen uw gebouwen op niveau te houden in het kader van Covid-19 en de ‘anderhalve meter samenleving’.

Portrait of Joric Witlox.

Joric Witlox

Brandveiligheidsadviseur Witlox Brandveiligheid

Joric Witlox is gepassioneerd over brandveiligheid. Per toeval in de branche terecht gekomen, maar eenmaal in het vak ontwikkelde zich al gauw de passie om ook écht het verschil te willen maken. Inmiddels heeft hij meer dan 25 jaar ervaring op dit gebied waardoor hij een brede kennis van zowel passieve, als actieve brandveiligheid als ook de organisatorische aspecten ervan met zich meedraagt. Hij is voorzitter van Brandveilig Bouwen Nederland (BBN) en geeft opleidingen op het gebied van de vele aspecten van Brandveiligheid zowel nationaal als internationaal.