People running on stairs with smoke in building

Rookwerendheid wordt belangrijker en duidelijker

Deel 3: Zomerblogs over brandveiligheid

Deze zomer staat brandveiligheid in gebouwen centraal in een 4-delige blogserie van Planon Building Management. Expert op dit gebied en auteur van deze blogs is Joric Witlox van onze partner Witlox Brandveiligheid. In dit derde blog beschrijft Joric de aankomende veranderingen in regelgeving rond rookwerendheid en de gevolgen daarvan.

Zolang ik me kan herinneren gaan we er in Nederland vanuit dat als iets brandwerend is, dit zéker rookwerend zal zijn. Toch?

In bovenstaande veronderstelling gingen we er daarom van uit dat als een constructie bijvoorbeeld 20 minuten brandwerend is, deze zeker ook wel 30 minuten rook zou kunnen tegen houden. Anders gezegd, brandwerendheid x 1,5 is rookwerendheid.

Door de jaren hebben we op basis hiervan eisen gesteld aan brandscheidingen en rookscheidingen (die in het huidige Bouwbesluit ‘subbrandcompartimenten’ genoemd worden). Voorstaande is ook de reden waarom er sprake is van 20-, 30 en 60 minuten WBDBO. Eigenlijk bedoelen we gewoon 60 minuten brandscheidingen en 30 minuten rookscheidingen.

Inmiddels zijn we wijzer geworden; rookwerendheid is alles behalve 1,5 keer brandwerendheid. U kunt het zich ook wel voorstellen denk ik. Bij brand zal er al snel, zelfs heel snel rook ontstaan. Deze zal zich nóg sneller dan het vuur door de ruimte verspreiden en kieren en naden zoeken om daar buiten te kunnen komen. Mogelijk denkt u dan dat doorvoeringen toch afgedicht zijn en brandwerende deuren voorzien zijn van opzwellende strips die rook tegen houden. Wat is dan het probleem?

Ook hierover zijn we wijzer geworden. Rook en rook zijn minimaal twee verschillende zaken. Er is wat we nu ‘koude rook’ noemen (omgevingstemperatuur) en ‘hete rook’. In de norm die hierover ontwikkeld is en inmiddels veelvuldig wordt gehanteerd; de NEN 6075 (Bepaling van de weerstand tegen rookdoorgang tussen ruimten) wordt dit onderscheid geconcretiseerd. Er is voortaan sprake van Sa en S200 rook. De ‘S’ staat voor smoke, de ‘a’ voor ambient (omringend) en de ‘200’ voor 200°C.

Wanneer het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) 2022 in gaat, zal dit grote gevolgen hebben voor in ieder geval brandwerende deuren, brandkleppen en ventilatieroosters. Waarom? Omdat koude rook, ‘Sa’, geen effect zal hebben op eventueel aanwezige opschuimende materialen. Deze reageren namelijk pas bij ongeveer 160°C, zodat de koude rook makkelijk haar weg kan vinden door kieren en naden in deuren, opschuimende ventilatieroosters (al of niet in deuren) en nog open staande brandkleppen die pas dicht slaan wanneer een smeltloodje reageert op hitte. De gevolgen laten zich raden:

  • Rookwerende deuren: Deze zullen naast een opschuimend materiaal ook een rubber in het kozijn moeten hebben tegen de koude rookgassen.
  • Bij brand dichtschuimende roosters: Deze zullen een sluitmechanisme moeten hebben dat na rookdetectie direct dicht slaat en rookdicht is.
  • Brandkleppen: Een smeltloodje kan niet meer, ze zullen aangesloten moeten worden op rookdetectie die een signaal geeft op basis waarvan de klep direct dicht slaat.

Al met al wordt de brandveiligheid en dan met name de vluchtmogelijkheden hierdoor enorm verbeterd. In dit kader wijs ik ook graag op een onderzoek dat vorig jaar (2019) is uitgevoerd door IFV (Instituut Fysieke Veiligheid) in samenwerking met Brandweer Nederland en Veiligheidsregio Utrecht; ‘Praktijkonderzoek rookverspreiding in woongebouwen.’ In een leegstaand zorggebouw te Oudewater hebben ze diverse malen een bank in brand gezet in een ruimte. De naast- en bovenliggende ruimten van die ruimte en in de gang zijn vele maatapparaten en camera’s geïnstalleerd. Daarmee kon zichtbaarheid, toxiciteit en de snelheid van rook bestudeerd worden. De resultaten zijn bijzonder leerzaam, ook voor niet Nederlandse deskundigen en geïnteresseerden. Ik raad je aan eens te zoeken op IFV en ‘praktijkonderzoek rookverspreiding in woongebouwen’. Interessante informatie en video’s.

Rookmelders ook in bestaande bouw verplicht

In nieuwbouwwoningen moet op iedere verdieping een rookmelder hangen. Er is nu een sterke lobby om rookmelders ook in alle bestaande woningen verplicht te stellen. Het voorstel om dit vast te leggen in bouwregelgeving is inmiddels in internetconsultatie gegaan. Hiermee geeft het ministerie van Binnenlandse Zaken invulling aan het advies van brandweer, gemeenten, vastgoedeigenaren en de bouwende partijen om rookmelders voor alle woningen verplicht te stellen.

Inwerkingtreding

Om gebouweigenaren voldoende tijd te geven deze maatregelen in alle bestaande woningen door te voeren, zal deze verplichting pas per 1 juli 2022 ingaan. Ook worden hiermee problemen voorkomen bij de levering en beschikbaarheid van rookmelders bij leveranciers.

Voor alle duidelijkheid: Het betreft hier een internetconsultatie die pen stond tot maart dit jaar. Ik wilde u dit echter niet onthouden omdat u zich er dan langzaam op voor kunt bereiden mocht u het als gebouw- of woningeigenaar zelf nog niet geregeld hebben want waarom zou u wachten?

Meer blogs van Gastschrijver Joric Witlox

Lees ook het eerste blog van gastschrijver en brandveiligheidsadviseur Joric Witlox, waarin hij vijf praktische tips geeft om de brandveiligheid binnen uw gebouwen op niveau te houden in het kader van Covid-19 en de ‘anderhalve meter samenleving’. In zijn tweede blog beschrijft Joric de op hand zijnde wijzigingen in de regelgeving omtrent brandveiligheid; Bouwbesluit 2012 wordt vervangen door Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) 2022.

Binnenkort verschijnt het vierde en laatste blog in deze reeks zomerblogs over brandveiligheid. Daarin staat de veranderende rol van rookwerendheid centraal.

Portrait of Joric Witlox.

Joric Witlox

Brandveiligheidsadviseur Witlox Brandveiligheid

Joric Witlox is gepassioneerd over brandveiligheid. Per toeval in de branche terecht gekomen, maar eenmaal in het vak ontwikkelde zich al gauw de passie om ook écht het verschil te willen maken. Inmiddels heeft hij meer dan 25 jaar ervaring op dit gebied waardoor hij een brede kennis van zowel passieve, als actieve brandveiligheid als ook de organisatorische aspecten ervan met zich meedraagt. Hij is voorzitter van Brandveilig Bouwen Nederland (BBN) en geeft opleidingen op het gebied van de vele aspecten van Brandveiligheid zowel nationaal als internationaal.