Onlangs had ik een interessant gesprek met een marketingadviseur. Voor degenen die nu al afhaken, lees verder want in deze blog ga ik verder niet in op de voordelen van marketing. Deze keer wil ik het hebben over het bekende gezegde 'meten is weten'. Net zoals bij Marketing, hebben we bij Facility Management en Real Estate Management hier doorgaans ook veel belang aan.
Dus waar ging dat gesprek over? De marketingspecialist vertelde me dat het aantal bezoekers van de website van zijn bedrijf de afgelopen drie jaar telkens met 15% was toegenomen. Daar was hij trots op en hij was zelfs een beetje arrogant. Omdat ik geen marketingdeskundige ben, stelde ik hem enkele onnozele vragen:
- Wat waren de precieze cijfers? Een groei van 10 tot 12 bezoekers is immers minder indrukwekkend dan als je van 100.000 naar 120.000 bezoekers gaat. Helaas kende hij de cijfers niet.
- Waarom was het niet met 30% of 40% of meer gegroeid? Zijn antwoord was en ik citeer: "Mijn doel was 10% en dat heb ik ruimschoots gehaald, dus je hoeft niet te twijfelen aan mijn prestaties".
- Wat is het gemiddelde aantal bezoekers en de gemiddelde groei voor een vergelijkbaar bedrijf in de branche? Hij had geen idee, "maar ik weet zeker dat we het goed doen". En dat was het einde van het gesprek.
Dit is een goed voorbeeld, waaruit blijkt dat meten op zich niet zoveel waarde heeft. Natuurlijk kun je door te meten zien of er verschillen zijn en of er sprake is van verbetering of achteruitgang. Maar wat betekenen die cijfers nu eigenlijk? Is een verbetering van 15% goed en is die goed genoeg? Het meten op zich is niets meer dan navelstaren als je de cijfers niet kunt vergelijken met en afzetten tegen vergelijkbare organisaties. Het is een leuk speeltje voor controllers, maar zonder waarde voor het hogere management van de onderneming.
Ook bij Facility Management en Real Estate Management heb ik vaak uitspraken gezien over facilitaire kosten per werkplek, bezettingsgraad van ruimten, onderhoudskosten per gebouw, m2 per fte en meer van die dingen. Ik heb geen idee of deze uitspraken gebaseerd waren op betrouwbare gegevens en consistente metingen. Wat ik wel weet is dat ook in dit geval de cijfers op zich, zonder referentiepunt, geen waarde hebben. In de sector FM en RE zijn er gelukkig wel steeds meer normen beschikbaar, zoals BOMA, EN15221, ISO, OSCRE, FASB en LEED. Normen die een methode bieden voor het meten en vergelijken van prestaties. Daarnaast zijn er allerlei lokale en wereldwijde initiatieven zoals de Netherlands Facility Costs Index (NFC); BenchCore, de wereldwijde benchmark voor vastgoed van CoreNet; Energy Star, het groene initiatief van de IFMA; en Lmi, de effectiviteitsnorm voor werkplekken van Leesman. Daarmee kunnen Facility Managers en vastgoedbeheerders hun meetgegevens vergelijken met die van soortgelijke organisaties. Zo worden meetgegevens inderdaad omgezet in bruikbare informatie en kennis waarmee het hogere management de besluitvorming kan onderbouwen en de juiste acties kan ondernemen om de bedrijfsdoelstellingen te realiseren.
Het begint allemaal met juiste en consistente metingen. En het vertalen van operationele data naar vergelijkbare gegevens aan de hand van de beschikbare normen. Wanneer deze grondslagen zijn gelegd, kunt u zich vergelijken met anderen en actie ondernemen op basis van de bevindingen. En als u dat niet doet, doet uw CFO het wel, maar dat is waarschijnlijk minder in het belang van uw afdeling.