Wereldwijd proberen organisaties in diverse sectoren hun activiteiten te verduurzamen. Gebouwen zijn vaak verantwoordelijk voor een groot deel van de CO2-uitstoot van een bedrijf. Daarom hebben Planon en KPMG besloten hun krachten te bundelen om hen te helpen verduurzamen via hun gebouwde omgeving.
Geen tijd te verliezen
Er is simpelweg geen tijd te verliezen in de strijd tegen klimaatverandering. Het klimaatakkoord van Parijs werd beschouwd als een keerpunt in het streven naar milieuduurzaamheid, maar de wereldwijde CO2-uitstoot blijft gevaarlijk hoog. Het IPPC (Intergovernmental Panel on Climate Change) van de Verenigde Naties (VN) is in augustus 2021 met een rapport naar buiten gekomen, waarin staat dat de planeet al met ongeveer 1,1°C is opgewarmd door de mensheid. Er staat ook in dat dit waarschijnlijk zal stijgen naar of tot over de 1,5°C in de komende twee decennia als er geen drastische veranderingen worden doorgevoerd.
Duurzaamheidsinitiatieven zullen wereldwijd ongetwijfeld een extra stimulans krijgen na de 26e klimaatconferentie van de VN (COP26). De vier hoofddoelstellingen van de conferentie (versnelde stopzetting van steenkoolgebruik; beperking van de ontbossing; snellere overschakeling op elektrische voertuigen; aanmoediging van investeringen in hernieuwbare energiebronnen) zijn zeker nuttig, maar moeten nog wel worden vertaald naar concrete acties.
De bouwsector is bij uitstek een gebied waar actie een aanzienlijk effect kan hebben. De vastgoedsector is namelijk verantwoordelijk voor ongeveer 40% van de wereldwijde CO2-uitstoot. Ondanks dat er al allerlei initiatieven zijn genomen om de impact van de gebouwomgeving te verminderen, zoals de Net Zero Carbon Buildings Commitment van de World Green Building Council. Echter, zijn deze wellicht niet voldoende.
Waarom duurzaam vastgoed?
Gelukkig lijkt een duurzamere toekomst voor de vastgoedsector mogelijk. Eigenlijk wordt hier al aan gewerkt. Duurzaamheid in deze sector wordt vooral bevorderd door de veranderende behoeften van de gebouwgebruikers van bedrijven, die betere klimaatprestaties eisen. Ook steeds meer huurders van bedrijfsvastgoed begrijpen het belang van duurzame gebouwen voor de tevredenheid en het welzijn van hun medewerkers.
Daarnaast worden duurzame investeringen in de vastgoedsector gestimuleerd door meer inzicht in de milieu-impact van gebouwen en de hogere eisen die aandeelhouders en andere belanghebbenden stellen op het gebied van Environmental, Social & Governance (ESG). De financiële markt heeft zich al gecommitteerd aan de groene transitie en zal zich blijven inzetten op een lagere CO2-uitstoot. In een rapport van de High Level Climate Action Champions van de VN, uitgebracht als reactie op COP26, wordt bijvoorbeeld gemeld dat de particuliere sector 70% kan bijdragen aan de totale investeringen die nodig zijn om koolstofneutraliteit te bereiken. Merken als ING, Rabobank, ABN AMRO, HSBC en vele andere zetten zich al in voor dit doel. Naarmate er meer wordt geïnvesteerd in duurzame assets, zullen ook steeds meer projectontwikkelaars en gebouwbeheerders dit voorbeeld volgen.
Wet- en regelgeving is ook essentieel om de vastgoedsector duurzamer te maken. In de EU-taxonomieverordening van juni 2020 zijn bijvoorbeeld de criteria en terminologie voor duurzaamheid vastgelegd. Deze dienen als duidelijk kader voor de vastgoedsector om een CO2-uitstoot van net zero in 2030 te bereiken.
Uitgebreidere wetgeving en uiteenlopende toezeggingen voor koolstofneutraliteit in diverse landen buiten de EU leiden echter tot versnippering, waardoor de taak van portfoliobeheerders wordt bemoeilijkt. De transitie naar duurzaamheid van de gebouwomgeving kan worden vereenvoudigd en gestroomlijnd door duidelijke grondslagen voor duurzaamheid in de vastgoedsector toe te passen, zoals bijvoorbeeld in de Net Zero Readiness Index (NZRI) van KPMG uiteen is gezet.
De NZRI bevat een vergelijking van de maatregelen voor reductie van broeikasgasemissie in 32 landen. Daarnaast wordt beoordeeld in hoeverre deze landen in staat zullen zijn om klimaatneutraal te worden in 2050. Uit de index blijkt dat huidige duurzaamheidsinitiatieven in veel landen al een aanzienlijke impact hebben. Hierbij speelt de vastgoedsector een belangrijke rol.
Bouwen (of renoveren) voor een groenere toekomst
Er bestaat een belemmering in het aanpakken van klimaatverandering omdat de focust nu voornamelijk ligt op initiatieven door de overheid. Hierbij wordt voorbijgegaan aan de grote potentiele impact die de particuliere sector kan hebben (en dus al heeft) op de uitstoot van broeikasgassen. Een van de conclusies van het NZRI-rapport van KPMG is dat verplichte rapportage over koolstofemissies de transitie naar koolstofneutraliteit kan versnellen, omdat daarmee investeerders en kredietverstrekkers inzicht krijgen in de nodige gegevens om duurzame besluiten te nemen.
Veel landen doen het goed als het gaat om de bouw van nieuwe energiezuinige gebouwen, maar het koolstofarm maken van bestaand vastgoed blijft problematisch. Volgens de NZRI hebben alle landen buiten het Verenigd Koninkrijk onderontwikkelde markten voor renovatie, met als grootste struikelblokken: traagheid, kapitaalkosten en een gebrek aan bewustzijn van duurzaamheidsvoordelen.
Alle belanghebbenden in de waardeketen binnen de vastgoedsector, inclusief ontwikkelaars, investeerders, eigenaren/gebruikers en kredietverstrekkers, zullen een belangrijke rol moeten gaan spelen in het bereiken van koolstofneutraliteit door de ontwikkeling van groene gebouwen en aanpassingen van het bestaande portfolio. Neem Canada als voorbeeld, waar de bouwsector leidt in de groene transitie. Daar is vastgesteld dat de broeikasgasemissies van de bouwsector met 17% kunnen worden verminderd in vergelijking met 2005 als alle nieuwe grote gebouwen vanaf 2017 tot 2030 worden gebouwd volgens de norm van koolstofneutraliteit. Daarnaast kunnen de emissies met maximaal 51% worden verminderd door bestaande gebouwen aan te passen met duurzame oplossingen.
Zoals hierboven benoemd, is het van cruciaal belang dat alle belanghebbenden worden betrokken om de klimaatverandering aan te pakken, zowel door nieuwbouwprojecten te financieren, ofwel door bestaande gebouwen aan te passen. Volgens de Real Estate Assessment van GRESB in 2020 blijkt dit ook te gebeuren: de deelname aan het assessment is met 22% gestegen door de toenemende vraag van investeerders naar ESG-data.
Verhuurders, investeerders en gebouwgebruikers van bedrijven moeten hun krachten bundelen om investeringen in de energietransitie op korte en lange termijn te onderzoeken. Terwijl huurders gewoonlijk minder dan vijf jaar vooruitdenken, blikken eigenaren en verhuurders van gebouwen doorgaans zo’n 15 tot 30 jaar vooruit. Beide perspectieven zijn van vitaal belang.
Ondersteuning van duurzaamheid
Hopelijk heeft deze eerste blog u duidelijk gemaakt hoe belangrijk de rol van gebouweigenaren en vastgoedbeheerders is om wereldwijd duurzaamheid te bereiken. In mijn volgende blog zal ik dieper ingaan op de specifieke uitdagingen voor de waardeketen binnen de vastgoedsector, zoals bijvoorbeeld het gebrek aan betrouwbare ESG-data voor het rapporteren op duurzaamheidstargets.
In de tussentijd begeleid ik u graag naar een onderzoeksrapport van KPMG die u wellicht kan inspireren kansen te verkennen in de transitie naar een duurzamere toekomst.